head> BekkenOrgaanVerzakking: Matjes en Netjes: met of zonder?
Matjes en Netjes: met of zonder?

zaterdag, november 25, 2006

Matjes en Netjes: met of zonder?


Als u door dit thuisblad leest zult u veel informatie zien over het een en ander van bekkenbodem verzakking en het herstel hiervan. Ingesloten is wat over het gebruik van buiten lichamelijke materialen om het herstelwerk te bevorderen. Het gebruik van “matjes en netjes” zijn toegenomen over de laatste twee jaar. De schrijver van dit artikel heeft ook meegedaan in de aanvankelijke navorsing om de voor en nadelen ervan te bepalen.

De behoefte om de matjes en netjes als een extra verzekering in te bouwen met het herstel van een verzakking, ontstond door het zwakke resultaat wat werd verkregen met de klassieke methoden. Hier werd alleen lichaamseigen weefsel gebruikt, met het risico op schade wegens inkorting van weefsel.
De algemeen chirurgen hebben hetzelfde probleem gezien met hun operaties van buikwandbreuk herstel. De reden was, onder andere, dat er te veel stremming op het omliggende weefsel geplaatst werd en ook omdat er een bindweefselgebrek aanwezig is. Dit is vooral met breuken wat al geruime tijd tegenwoordig zijn. In het geval van buikwand breuken is het resultaat van chirurgie verbeterd doordat er matjes en netjes ingelegd waren als deel van de operatie. Vandaar dat gynaecologen ook naar deze materialen zijn gaan kijken.

De bekkenbodem is ongelukkigerwijs niet hetzelfde als de buikwand. De anatomie van de bekkenbodem is complexer. De trekkracht in de bekkenbodem is ingewikkelder en er is soms meer bindweefselschade als met buikwandbreuken. De functionele stoornissen zijn ook niet altijd herleidbaar naar de anatomische afwijking: herstel van de anatomie garandeert niet noodwendig verbeterde functie. Het dilemma van het bekkenorgaan reconstructieve chirurg wordt verder verhoogd doordat hij met drie verschillende gebieden van breuken te maken heeft, met name de voorwand, de vagina top en de achterwand. Zoals in een ander artikel op deze website uitgelegd wordt, zijn de vereisten voor succesvol herstel verschillend. Dit is afhankelijk van het gebied waar de verzakking is gelokaliseerd.

Als er naar matjes en netjes gekeken wordt, zijn er basisch twee typen: synthetisch en biologische materiaal. Na veel onderzoek en studies is er thans alleen een soort synthetische materiaal wat algemeen gebruikt wordt, namelijk polypropylene, verspreid onder vele merknamen. Volgens mijn ondervinding met dit synthetische materiaal zijn er basisch twee problemen. De een is dat er inkrimping is op termijn, vooral als het in de vagina voorwand tussen blaas en vagina is met een gevaar dat dit opgerolde matje een schuur effect kan geven en dus doorschuurt of in de blaas of in de vagina. Dit effect is er niet met een matje wat op het bovendeel van de achterwand en vaginatop wordt geplaatst. Het ander probleem is een onbekend effect wat dit permanente materiaal tussen twee holle organen (vagina en blaas, of vagina en endeldarm) kan aanrichten. De lichamelijke reactie op het synthetische materiaal, maakt het moeilijk om dit met een vervolgoperatie te verwijderen; indien dat nodig zou zijn.

Biologische materialen die gebruikt worden, hebben uiteraard ook een aantal studies doorstaan. Thans zijn er twee producten in gebruik in Nederland voor bekkenorgaan reconstructieve chirurgie, Pelvicol (Bard) en SurgiSIS (Cook). IteXen van AMS heeft soortgelijke eigenschappen als SurgiSIS. Deze zijn allemaal afkomstig van varkensweefsel. Om de oplosbaarheid te verminder is Pelvicol (vanuit varkenshuid genomen) een collageen netwerk, daar waar kruisverbindingen (cross-links) ingebracht zijn. De SurgiSIS product - en ook InteXen- hebben geen cross-links, en zijn dus oplosbaar.

Mij voorkeur gaat uit na SurgiSIS wegens het feit dat dit alleen een tijdelijk raamwerk schept van collageen (verdwijnt helemaal na 3-6 maanden) en, wat belangrijk is, is dat er groei promoverende factoren op het collageen achtergebleven zijn wat omliggend lichaamsweefsel stimuleert om in dit raamwerk in te groeien. Het oplossende collageen wordt dus vervangen door dit nieuwe lichaamseigen weefsel, bijna zoals met mast celtherapie. Pelvicol wordt door het lichaam aangezien als dood weefsel en wordt door het lichaam afgestoten zonder vorming van nieuw vers lichaamsweefsel. De reactie op Pelvicol is dus in grote mate onvoorspelbaar.

SurgiSIS stimuleert het weefsel vanuit zijn contactgebieden. In de voorwand is het dus noodzakelijk dat de SurgiSIS dicht bij de zijwanden van het bekken wordt gehecht (side-specific). Vanaf hier wordt collageen vanuit de obturator membraan en de whiteline (Arcus Tendineus Fascia Pelvis) “geoogst”. Dit geeft op termijn beweeglijkheid aan de voorwand.
Op de vaginatop en bovendeel van de achterwand is het volgens mij aanvaarbaar dat een synthetische mat ingelegd wordt, gehecht aan de top aan de ligamenten van het bekkenbeen ( sacro-uteriene en sacro-spineuze ligamenten) en op de onderzijde aan het rectovaginale septum (een scheidingslaag van bindweefsel tussen de endeldarm en de vagina), met aan de zijde hechting aan de spierlaag van de bekkenbodem ( levator ani spieren). Dit geeft stabiliteit aan de vagina top.
Dit is het flagpole concept van bekkenorgaan reconstructieve chirurgie.

De toekomst zal wel leer welke methode en welke matje de toets der tijd zal doorstaan. Thans kan we alleen maar theoretiseren en een beleid van geen schade veroorzaakte volgen. Ik wil toch waagt om te voorspellen dat de toekomst liggen bij de noncross-linked biologische matjes; de plaats van synthetische matjes is beperkt en er is geen plaats voor het gebruik van cross-linked matjes. Een beleid van inbrengen van synthetische matjes tussen blaas en vagina is waarschijnlijk niet een goed idee.

Labels: , , , , ,

BEKKENBODEM OPERATIES en U naar boven
thinkarete - where you go to grow
ANDRI
email andrinieuwoudt